Witold Kepinski - 17 november 2021

eGovernment Benchmark 2021: Nederland en Europa digitaliseren onverminderd door

eGovernment Benchmark 2021: Nederland en Europa digitaliseren onverminderd door image

Capgemini heeft de eGovernment Benchmark 2021 gepubliceerd, een jaarlijkse studie voor de Europese Commissie waarin de beschikbaarheid en kwaliteit van digitale overheidsdiensten wordt geëvalueerd. Uit de studie blijkt dat de coronapandemie een impuls heeft gegeven aan de digitale dienstverlening van Europese overheden. Het onderzoek, geleid door Capgemini en uitgevoerd in samenwerking met IDC en Politecnico di Milano, toont aan dat Nederland is gestegen naar plaats negen op de lijst van gebenchmarkte Europese landen.

De 18e editie van de eGovernment Benchmark presenteert de laatste ontwikkelingen rondom de digitale dienstverlening van overheden. Door de coronapandemie is het meer dan ooit zichtbaar geworden dat burgers en bedrijven op afstand – digitaal – zaken moeten kunnen regelen met de overheid. Uit een analyse van ruim 7,000 overheidswebsites in 36 Europese landen blijkt dat inmiddels meer dan acht van de tien (81%) van de geëvalueerde diensten online beschikbaar zijn.

Nederland betreedt de Europese top 10
De Nederlandse digitale overheid heeft een mooie stap vooruitgezet. Waar Nederland in de rangschikking van vorig jaar nog 12e stond, staat Nederland nu op plek 9. Enkel de digitale dienstverlening van Malta, Estland, Denemarken, Finland, Oostenrijk, IJsland, Luxemburg en Portugal zijn op een hoger niveau. De verbeterde positie van de Nederlandse overheid geeft aan dat de coronapandemie ook in Nederland heeft gezorgd voor verdere digitale transformatie van de overheid. Zo verdubbelde nagenoeg het aantal online diensten voor startende ondernemers in de afgelopen twee jaar, een manier om de economische coronaschade te beperken en herstel te bespoedigen.

In Nederland zien we dat vooral voor studenten, ondernemers en werkzoekenden goed ontwikkelde online diensten beschikbaar zijn, terwijl Nederlanders bij gerechtelijke procedures beter zouden kunnen worden ondersteund. Opvallend is dat men in Nederland vaak digitaal kan aankloppen bij het gemeentehuis: 98% van de onderzochte Nederlandse lokale diensten is online beschikbaar, ten opzichte van 59% voor de EU27+. Ook niet-Nederlanders kunnen hun weg aardig digitaal vinden: 52% van de onderzochte diensten is online beschikbaar voor niet-Nederlanders, bijvoorbeeld door websites zowel in het Nederlands als Engels aan te bieden. In Europa is dit 43%.

Erik Hoorweg, Vice-President voor de Publieke Sector voor Capgemini Invent: “Toegankelijke en eenvoudige eGovernment is essentieel voor het functioneren van onze samenleving, de coronapandemie maakte dat nog eens duidelijk. De overheid zal haar dienstverlening steeds meer kunnen verbeteren met het gebruik van nieuwe technologieën, zoals Artificiële Intelligentie (AI). Hiermee staan we aan de vooravond van de transformatie naar ‘Society 5.0’, een superslimme samenleving waar inclusieve technologie in dienst staat van de mens en de menselijke maat wordt bewaakt.”

Kansen om het gat naar de toplanden verder te dichten
Overheden beschikken over grote hoeveelheden persoonsgegevens, zoals namen en adressen. Nederlandse publieke websites zouden transparanter kunnen zijn in het laten zien wanneer persoonlijke data wordt geraadpleegd: gebruikers kunnen bij slechts 38% van de Nederlandse overheidsportalen monitoren of hun persoonsgegevens worden gebruikt, ten opzichte van 61% voor de EU27+. Bij Europese toplanden Malta en Estland is dit op alle overheidsportalen mogelijk. Juist nu losse overheidsafdelingen veranderen naar partners in een breder data ecosysteem, is toestemming voor het delen van persoonsgegevens en de beveiliging ervan belangrijker dan ooit. De verwachting is daarom dat regie op persoonsgegevens de komende jaren een speerpunt zal blijven. Daarnaast staat elektronische identificatie hoog op de Europese agenda. Inmiddels kun je bij 86% van de Nederlandse diensten je DigiD gebruiken om in te loggen. Hiermee scoort Nederland ruim boven het Europese gemiddelde van 64%, maar ligt er nog een gat tot koploper Estland (96%).