Redactie - 19 mei 2021

Het hyperconnected datacenter - de sleutel tot digitale transformatie

Het hyperconnected datacenter - de sleutel tot digitale transformatie image

Externe datacenters worden nog vaak gezien als centrale locaties voor het huisvesten van grote aantallen servers. Datacenterfaciliteiten zoals redundante stroomvoorziening en koeling zorgen voor de continuïteit en de beschikbaarheid van applicaties en data. Minstens zo belangrijk is de rol die het datacenter vervult als hub voor (hyper)connectiviteit. In het datacenter komen tal van essentiële verbindingen bij elkaar, van verschillende carriers en met verschillende diensten en faciliteiten. Iets dat voor een bedrijfseigen datacenter vaak niet haalbaar is. Dit betekent dat de klanten in een extern datacenter veel meer keuze, flexibiliteit en zekerheid hebben voor de diensten die zij willen afnemen en voor de inrichting van hun ICT-infrastructuur. Connectiviteit wordt steeds belangrijker, zeker nu meer organisaties overstappen op hybride clouds, met een scala microservices en gedistribueerde workloads. Dit vraagt om een naadloze, snelle uitwisseling van data, met een zo laag mogelijke latency. Datacenters maken dit mogelijk.

Het belang van hyperconnectiviteit
Externe datacenters hebben zich de afgelopen jaren steeds meer ontwikkeld tot hyperconnected connectiviteitshubs die direct toegang bieden tot een breed scala aan cloudproviders en carriers. Zo kunnen bedrijfssystemen, applicaties en data direct verbonden worden met netwerken, platforms, cloudproviders en partners. Daarmee helpt een hyperconnected datacenter organisaties bij het versnellen van hun digitale transformatie. In zo’n modern datacenter kunnen bedrijven snel en makkelijk verbindingen tot stand brengen met partners en providers die zich binnen hetzelfde datacenter bevinden. Omdat die connectiviteit niet via externe verbindingen loopt, blijft de latency zeer laag en worden de prestaties verbeterd. Dat is ook nodig, omdat bij organisaties de noodzaak groeit om met datacenters en de daar draaiende applicaties dichtbij de bron van (nieuwe) data te zitten, om deze data vervolgens zo snel mogelijk te kunnen verwerken. Anderzijds moeten deze data ook snel ontsloten worden voor multi- en hybride cloud oplossingen die misschien elders in het land draaien of toegankelijk zijn. Een voorbeeld is een IoT-omgeving waarbij de gegevens van sensoren in vrijwel real-time verwerkt moeten worden om beslissingen te nemen, productiesystemen aan te sturen, etc. Vertragingen in deze gegevensuitwisseling kan ervoor zorgen dat processen niet optimaal functioneren of zelfs tot stilstand komen. Daarom zou de verwerking van dit soort data bij voorkeur in een nabijgelegen regionaal datacenter moeten gebeuren.

Toch kan het zijn dat een bepaalde cloudprovider of carrier niet aanwezig is in het regionale datacenter waar een bedrijf zijn ICT-systemen heeft staan. Of er is behoefte om systemen in verschillende locaties in het land met elkaar te verbinden. Dit kan extra complexiteit met zich meebrengen, omdat er dan vaak met extra connectiviteitspartners gewerkt moet worden. Er moeten nieuwe contracten gesloten worden, de samenwerking tussen de verschillende partners moet gecoördineerd worden en het wordt moeilijker om goed overzicht over de status van de hele infrastructuur te houden. Als dan de prestaties om de een of andere reden achterblijven bij de verwachtingen, is het vaak niet makkelijk om er achter te komen waar de bottleneck zit en wie waar nu precies verantwoordelijk voor is.

Eén groot, virtueel datacenter
De oplossing is het aan elkaar koppelen van meerdere regionale datacenters door het hele land tot één ‘virtueel datacenter’, waarin alle nodes met elkaar zijn verbonden via eigen, snelle en redundante glasvezelring. Daarmee zijn de connectiviteits- en cloudpartners in één datacenter direct beschikbaar in alle andere nodes. De hyperconnectiviteit van het datacenter wordt daarmee uitgebreid met extra faciliteit, waarmee bedrijven toegang krijgen tot connnectiviteitsopties en andere partners die zich misschien niet in het eigen datacenter bevinden. Een belangrijk voordeel is dat alles kan worden geregeld via de dezelfde datacenterprovider en er geen aparte contracten gesloten hoeven te worden met andere partijen. Ook de transparantie, coördinatie en monitoring worden daarmee aanzienlijk eenvoudiger. Dit betekent ook dat het veel makkelijker is om op- of af te schalen. Iets dat voor veel bedrijven een belangrijke voorwaarde is om continu een optimale balans te vinden tussen de capaciteit en de kosten.

Zo krijgt het hyperconnected datacenter er een nieuwe dimensie bij. Voor bedrijven betekent dit dat zij de digitale transformatie kunnen versnellen en hun essentiële digitale infrastructuur en processen verder kunnen optimaliseren.

Door: Bart van Aanholt, CCO NorthC Datacenters