Softiron ziet de rol van ARM-processoren snel toenemen

ARM-processoren verdringen op steeds meer plaatsen de Intel-hardware. De reden is evident: ze zijn goedkoper, compacter, sneller en verbruiken veel minder energie. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ook in de servermarkt de vraag naar deze energiezuinige alternatieven groeit. Het maakt datacentra veel milieuvriendelijker. ARM garandeert een lager opgenomen vermogen, een veel hogere dichtheid doordat er minder warmte ontwikkeld wordt en daarom de processoren dichter op elkaar zitten en een gegarandeerde hogere performance.

De startup Softiron heeft zijn bakermat in Cambridge en CEO Phil Straw was indertijd als medewerker van Acorn betrokken bij de ontwikkelingen rond ARM en RiscOS. Voor hem is Softiron de volgende fase van het ARM-avontuur.

Nu ook Microsoft ARM steeds prominenter in zijn producten ondersteunt en schijnt te werken aan eigen ARM-hardware voor zijn Azure-servers en Apple de Intelprocessoren aan het vervangen is door eigen op ARM gebaseerde hardware (M1), zorgt Softiron voor een transitie in het datacentrum.

Voor het jonge bedrijf was 2020 een zeer succesvol jaar waarbij ontzettend veel vorderingen gemaakt zijn. Het gedistribueerde team heeft ook op meerdere locaties productiecapaciteit gerealiseerd en kan snel inspelen op klanten wensen. Softiron levert op ARM gebaseerde storage systemen die draaien op de open-source Ceph.

Ceph is een open-source software storage platform, dat object storage implementeert op een gedistribueerd computercluster en zorgt voor een 3-in-1 interface voor object-, block- en file storage. Ceph is ontwikkeld voor een gedistribueerde aanpak zonder een single point of failure. Het is schaalbaar voor capaciteiten tot meerdere exabytes en gratis beschikbaar.

Phil Straw merkt op dat Softiron onder goed gesternte geboren is nu er steeds meer bedrijven kiezen voor oplossingen zonder vendor lock-in. De open-source bandering van Ceph zorgt daarvoor.

Door: Hans Steeman