Redactie - 12 januari 2021

De stand van circulaire IT

De stand van circulaire IT image

Circulaire initiatieven kunnen een bijdrage leveren aan de verduurzaming van de IT-branche. De BTG vindt circulariteit ook een belangrijk thema en stelde onder meer een Expertgroep Circulaire IT samen. Maar hoe is het eigenlijk gesteld met circulaire IT in Nederland?

In een volledig circulaire economie bestaat er geen elektronisch afval, ook wel e-waste genoemd. Vooralsnog is dat geen werkelijkheid, maar wel vinden we partijen en initiatieven in het land die werken volgens de circulariteitsgedachte. Er is immers werk aan de winkel, óók voor de IT-branche. Het idee is dat e-waste zo veel mogelijk wordt voorkomen. Producten en hun onderdelen moeten behouden blijven en een zo lang mogelijke levensduur hebben. Zodoende hoeven er minder nieuwe grondstoffen te worden aangeboord en krijgen ze een tweede leven. De instrumenten die hiervoor kunnen worden ingezet zijn reparatie van apparatuur, recycling en het reviseren van bestaande apparaten, oftewel: refurbishment.

De voordelen

Nu meer organisaties doordrongen raken van hun maatschappelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de wereld en het milieu, kan circulaire IT een grotere rol gaan spelen. Zo is Odette van Zijdveld van mening, CEO (responsible for People, Planet, Profit) bij Aliter Networks. Aliter wil een verschil maken met IT en doet dat door het kopen, verkopen, verhuren en servicen van IT-infrastructuur apparatuur zoals routers, switches, servers en VoIP-systemen. Refurbished, wel te verstaan. Samen met BTG, waarvan Aliter een partner is, organiseerde het bedrijf in 2018 een themabijeenkomst over circulaire IT. 

Elke organisatie kan dan ook zijn voordeel doen met circulaire IT zoals refurbished apparaten, meent Van Zijdveld. Niet alléén de kleinere footprint die ermee wordt achtergelaten is winst. “Het bespaart ook tijd. Nieuwe netwerkapparatuur uit China laten komen gaat toch vaak gepaard met wachttijden. Ook zijn refurbished producten aanzienlijk goedkoper, in verhouding tot wel negentig procent. In combinatie met dezelfde functionaliteit als nieuwe apparaten maakt het ze dus zelfs beter. De kwaliteit is toegenomen. Ze hebben zichzelf in feite al bewezen. Alle maandagochtendfoutjes zijn er natuurlijk allang uitgefilterd. We durven vanwege onze uitgebreide testprocedures een levenslange garantie op onze producten te geven en we hebben ook weinig returns.”

Corona

Toch durft niet iedereen het aan om bedrijfsmatig circulair te gaan met een refurbished uitrusting. De redenen zijn divers. Koudwatervrees kan volgens Van Zijdveld gebaseerd zijn op de gedachte dat tweedehands minder goed functioneert. Voor sommigen is het simpelweg een gewoonte om voor nieuwe apparatuur te kiezen waarvan niet wordt afgeweken. Toch heeft ze wel het idee dat dat nu een beetje begint te kantelen. Na de uitbraak van de coronapandemie zag Aliter de vraag naar refurbished toenemen. “Het massale thuiswerken stelt eisen aan netwerken en capaciteit terwijl de fabrieken in China een tijdje hun deuren hebben gesloten. Het is een verklaring waarom meer bedrijven ons wisten te vinden. Maar, het speelt ook mee dat er een nieuw soort milieubewustzijn is ingetreden. We zien nu wat minder vliegverkeer en files doen met de wereld en ik denk ook niet dat we gauw teruggaan naar de situatie vóór corona. De aandacht voor circulaire producten neemt daarmee ook toe en daar kunnen verschillende partijen van profiteren.”

Hordes voor circulair

Circulariteit kan bijdragen aan een algehele verduurzaming van de IT-branche. Green IT Amsterdam is een stichting die zich hier eveneens op richt. In de vorm van projecten beoogt Green IT de IT-industrie te verduurzamen en daarnaast IT te gebruiken om die verduurzamingsslag ook in andere branches te maken. Circulaire IT vinden we terug in CEDACI, dat staat voor Circular Economy for the Data Centre Industry. Door dit project moet de datacenterindustrie binnen nu en de komende tien jaar meer circulair worden om zo e-waste terug te dringen, onder meer door het hergebruik van materialen. Robbert Hoeffnagel, belast met Green IT’s business development, ziet de interesse van het bedrijfsleven in circulaire IT toenemen. De wil is er steeds meer. Het loopt alleen soms spaak bij het vinden van de weg. Hoeffnagel: “De situatie is niet zodanig dat een IT-manager van een groot bedrijf Marktplaats afstruint voor een serie refurbished laptops. Het ontbreekt soms aan een ingang. Vooralsnog zien we zowel aan de vraag- als aanbodkant vooral kleinere partijen zoals startups en scale-ups in circulaire IT.” Daarnaast zijn er volgens hem hordes die organisaties beletten voor circulaire producten te kiezen, zoals verplichte servicecontracten en softwarelicenties die roet in het eten gooien. “Daarnaast is dataverwijdering, een must bij re-use, en het juridisch dichttimmeren vaak wel een uitdaging voor kleinere aanbieders”, zegt hij.

Slag te maken

Ook lijkt het gezegde, onbekend maakt onbemind, soms ook te gelden voor circulaire IT-producten. Sommige organisaties zijn gewoon onvoldoende bekend met de mogelijkheden die er zijn, meent Paul-Robbert Viskil, al signaleert hij tegelijkertijd een markt voor gereviseerde hoogwaardige IT-producten. Hij is directeur van CHG-MERIDIAN Nederland, sinds enige tijd lid van de BTG. Het bedrijf begeleidt organisaties bij de lifecycle van hun technologische apparatuur via full service leaseoplossingen. In de praktijk komt dat erop neer dat zij worden begeleid bij de aanschaf en het gebruik ervan en dat CHG-MERIDIAN de apparaten daarna weer inneemt. Viskil: “Na gecertificeerde dataverwijdering en revisering vinden we voor deze refurbished computers, laptops en printers een tweede gebruiker. Om precies te zijn: in 95 procent van de gevallen. Dat doen we onder meer voor grote organisaties in het bedrijfsleven, de zorg en de publieke sector.” Viskil oppert dat meer bewustzijn voor de kansen van circulair is te realiseren door incentives, zoals statiegeld op apparatuur. Maar hij ziet nog wel meer ruimte voor verbetering: “Zo is er een flinke slag te maken in het overzicht over de route die een product aflegt ná de tweede gebruiker en mogelijk ook de derde. Nu is de situatie nog zo, dat we het apparaat vanaf het tweede leven dat het ingaat kwijt zijn. We hebben dan geen invloed meer op de weg die er verder wordt afgelegd en het is dus ook onduidelijk of de maximale gebruiksduur daadwerkelijk wordt benut. Circulaire IT is nooit volledig circulair. We zijn ermee bezig, maar we zijn er nog niet.”

Noodzaak van nieuw

Bovendien zijn er, ondanks de voordelen van circulaire IT, situaties denkbaar waarin nieuwe apparatuur wel de voorkeur heeft en zelfs noodzakelijk is. De kernactiviteiten van een bedrijf kunnen het er toe nopen, geeft Viskil aan, om te kiezen voor de snelste en dus nieuwste technologische infrastructuur: “Als je actief bent in datamining moet je beschikken over een gigantische capaciteit en razendsnelle processors, wat de keuze voor nieuw valide maakt. Daar staat tegenover dat er nog te veel organisaties zijn die standaard kiezen voor de meest geavanceerde IT-producten met mogelijkheden en functies die in de praktijk nooit worden gebruikt. Veel apparatuur kan verstandiger worden ingezet, passend bij de gevraagde capaciteit. Een doorschuifsysteem kan een optie zijn. Met nieuwe, razendsnelle computers voor bedrijven die ze nodig hebben en een tweede leven voor die apparaten bij partijen waarvoor die eigenschappen veel minder relevant zijn.”

Boosten

Om circulaire IT een boost te geven zijn er verschillende stappen te zetten. Zo kan er volgens de geïnterviewden meer worden samengewerkt door partijen in de branche. Robbert Hoeffnagel ziet een belangrijke rol weggelegd voor fabrikanten. Met de European Ecodesign Directive van de Europese Commissie, waarin eisen worden gesteld aan de productie van elektronica zoals energieverbruik, komen we volgens hem al iets dichterbij: “Echt interessant wordt het als zij hun producten na het einde van het gebruik weer terug zouden moeten nemen. Op dit moment is er in Nederland wel meer interesse in circulaire initiatieven maar zitten bedrijven toch een beetje op elkaar te wachten in het ondernemen van actie. Wellicht is het een idee als de overheid een leidende rol op zich neemt en optreedt als een launching customer.” Ook BTG zelf kan volgens Hoeffnagel een bijdrage leveren. In de vorm van exposure bijvoorbeeld. “Het helpt als meer partijen doordrongen raken van de kansen van circulaire IT. Er valt natuurlijk ook gewoonweg geld mee te verdienen. Ook kan de BTG met zijn uitgebreide netwerk wellicht optreden als bemiddelaar tussen vraag en aanbod.”