Containerplatform SUSE helpt blockchain applicaties bouwen

SUSE helpt Tymlez om snel en betrouwbaar gecontaineriseerde blockchain applicaties te bouwen. Onder meer voor Save the Children. Zo blijkt tijdens de SUSE Expert Day in Amsterdam. Het CaaS-platform (Container-as-a-Service) helpt de duizenden containers goed te beheren en versnelt daarmee het ontwikkelingswerk.

Michael Miller, President - Strategy, Alliances & Marketing bij SUSE, haalt Reinier van der Drift op het podium tijdens zijn lezing gedurende de druk bezochte Expert Day. Van der Drift is mede-oprichter van Tymlez, een bedrijf dat de blockchain-technologie naar het bedrijfsleven brengt. Met inmiddels vestigingen in Nederland, Duitsland, de VS en Australië. “Wij bieden organisaties een ontwikkelplatform voor blockchain applicaties. Dat kan zowel on premise als in de cloud. Ons platform is volledig opgebouwd uit containers en we gebruiken CaaS van SUSE om de containers te beheren en HPE-servers om op het platform te draaien. Wij zitten nu op 20.000 transacties per seconde, maar we groeien naar 100.000 transacties per seconde.”

Van der Drift noemt Save the Children als een van de organisaties waarvoor Tymlez het platform biedt. “De hulporganisatie is – net als alle andere – geplaagd door de seksschandalen. Save the Children heeft nu een blockchain applicatie gebouwd die helpt bij het aannemen van personeel dat uit het goede hout is gesneden.”

Hij vertelt dat het een applicatie is die drijft op vertrouwen (typisch blockchain), waarbij het platform van Tymlez zorgt voor een beveiligde omgeving met rolgebaseerde toegang, meervoudige authenticatie, logging en het volgen van veranderingen in de applicatie. “Wij doen het saaie werk”, zegt Van der Drift, zodat de ontwikkelaars van de applicaties zich volledig kunnen richten op de gewenste functionaliteit.”

Open open

De Tymlez-architectuur kan via API’s en plug-ins naadloos overweg met applicaties van derden. Openheid staat centraal om de gewenste keten van deelnemers te kunnen waarborgen.

Dit raakt een punt waar SUSE zich sterk voor maakt. “Wij zijn de Open open source onderneming. We gaan ervan uit dat onze klanten gemengde omgevingen hebben van open source software en licensed software; van on premise en cloud. Dan moet je een infrastructuur bieden die daar standaard mee overweg kan. Er zijn open source leveranciers die toch tot een lock-in leiden, maar niet bij ons. Daar maken we ons sterk voor.”

Cultuur

Containers helpen om sneller tot door de organisatie gewenste software te komen. En die programmatuur ook sneller en eenvoudiger te kunnen aanpassen als dat nodig is. “Voorheen bouwde je een applicatie en als je genoeg aanpassingen had verzameld, dan patch je die. Een keer per jaar, of per twee jaar. Met containers is er geen sprake meer van patching; je hebt het eigenlijk over een continu ontwikkelproces. Je patcht niet meer; je bouwt gewoon een nieuwe container. Dat past binnen de DevOps aanpak”, vertelt Miller.

Of containers en DevOps dan ook geschikt zijn voor elke applicatie en organisatie? “Mijn advies aan bedrijven is om zorgvuldig het portfolio door te nemen en na te gaan welke applicaties geschikt zijn voor CaaS. Bovendien moet het bedrijf ervoor zorgen klaar te zijn om volgens DevOps te werken”, stelt Miller.

Vaak zal er een gemengde omgeving zijn met containers gebaseerde applicaties, virtual machines, en legacy systemen. “Onze producten zorgen er dan voor dat het geheel stabiel en eenvoudig beheersbaar is. CaaS en SUSE Manager werken gebroederlijk naast elkaar.”

Hij weet inmiddels wel dat ontwikkelaars gek zijn op DevOps en containers. “Maar het succes van DevOps hangt af van de cultuur binnen een organisatie en de processen. Er zijn boekenkasten vol geschreven over DevOps, maar er is geen gouden formule hoe je de methode moet toepassen. Maar je moet er in elk geval voor zorgen dat iedereen betrokken is bij de productie van een applicatie. Geen silo’s meer van ontwikkelaars en gebruikers, van bouwers en testers. Vaak is er ruzie tussen ontwikkelaars die iets nieuws willen bouwen en de beheerders die alles bij het oude willen houden, omdat het ‘nu eenmaal goed draait’. Die tegenstellingen verdwijnen bij DevOps. Maar dan moet het management binnen de organisatie het gedachtegoed ervan uitdragen en de processen erop aanpassen.”

Saaie werk

Ook hier geldt, zegt Miller, verwijzend naar Tymlez, dat de softwareleverancier zorgt voor het ‘saaie werk’: een infrastructuur waarop applicaties veilig kunnen draaien, eenvoudig (en zo veel mogelijk geautomatiseerd) worden beheerd en waar data naar de juiste plek kunnen worden weggeschreven en eenvoudig en snel weer beschikbaar zijn als dat nodig is.

“Dat betekent dat de ontwikkelaars zich kunnen concentreren op de functionaliteit die zij willen leveren. Wij zorgen voor beveiliging, verbindingen en het beheer. Wij merken al wel dat vooral jonge mensen hiervan houden; het maakt hun werk interessanter.”

Nieuw businessmodel

Met SLES (SUSE Linux Enterprise Server) beschikte de onderneming ‘alleen maar’ over een besturingssysteem, maar onlangs is het portfolio uitgebreid. Met een containerplatform, met storage-oplossingen, met beheertoepassingen en cloud.

“Voor ons is ook een nieuw businessmodel ontstaan. We werken nu niet meer alleen samen met het bedrijf dat een applicatie wil laten draaien, maar bijvoorbeeld ook met de cloud service provider die het hosting platform biedt. Denk bijvoorbeeld aan wat wij samen met Amazon en het Amerikaanse Protera Technologies hebben gedaan. Protera is een specialist in het installeren, onderhouden en migreren van SAP-landschappen. Samen met hen hebben we voor een bedrijf de SAP-omgeving naar de cloud gebracht. Een project met SAP, Amazon en ProTera. Dan werk je met drie partijen tegelijk om de klant te bedienen.”

Andere partners

Dat betekent ook dat SUSE op zoek is naar andere partners. “We hebben al sinds jaar en dag technologiepartners en implementatiepartners, maar we zoeken nu ook go-to-market partners. Dat moeten dan bedrijven zijn die in staat zijn klanten de juiste adviezen te geven; niet alleen over de technologie, maar vooral over de toepassing ervan. We hebben eigenlijk – aanvullend-  een hele groep nieuwe partners nodig”, zegt Miller.