Redactie - 20 april 2017

Innovatie aan de top

Het gaat bijzonder goed met innovatie in Nederland. Vergeleken met andere landen eindigt ons land steevast in de innovatietop. Wat wil je nog meer? Om te beginnen willen we die positie behouden. Medio vorig jaar bleek dat we wat waren gezakt op de ranglijst, niet omdat we slechter zijn gaan innoveren maar omdat andere landen beter innoveren. Kijken we wel naar de juiste ranglijstjes? In een interview met het FD (2 maart 2017) met Mark Zawacki, een zeer ervaren managementconsultant met Nederlandse wortels en actief in het innovatiemekka Silicon Valley, komt een heel ander beeld naar voren. 

Zawacki refereert aan een artikel uit de Harvard Business Review waarin naar voren komt dat Nederland onderaan bungelt in Europa. Dat artikel is somber over ‘een amechtig Europa’ dat al jarenlang de innovatiegolven niet kan volgen. Geen wonder dat Silicon Valley talloze ondernemers uit ons werelddeel trekt die innovatie komen ‘afkijken’. Eenmaal weer thuis gebeurt er niets, aldus Zawacki.

Hij heeft hier een opmerkelijk punt. Want wat bedoelt hij met innovatie? Hij hanteert een kristalheldere maatstaf om vast te stellen of bedrijven echt innoveren: forse omzetgroei. Is die omzetgroei er niet, dan denk je misschien dat je innoveert maar neem je jezelf in de maling. Duidelijke taal! Ook het polderen in Nederland kan bij hem geen genade vinden. We letten voortdurend op betrouwbaarheid, stabiliteit en het vermijden van risico. In het digitale tijdperk is dat echt allemaal het tegenovergestelde. Snelheid en permanente verandering staan voorop! Ja, dan is polderen een enorme rem op de noodzakelijke koersverandering.  

De snelheid die innovatie vereist breekt ook grote ondernemingen op. Dat zijn als het ware mammoettankers die een enorme waarde vertegenwoordigen, maar die moeilijk van koers veranderen. Als het gaat om een heel land, gaat het helemaal traag. Wat mogen we op innovatiegebied van onze overheid verwachten? De noodzaak om met vernieuwing snelheid te maken botst met polderen en politieke besluitvorming. Terwijl de overheid wel degelijk wil vernieuwen. Ook Mark Rutte is in Silicon Valley gaan kijken. Juist in dit geval heeft Zawicki het mis, er is na Rutte’s thuiskomst wel degelijk iets gebeurd.  

Nu heeft onze overheid absoluut digitale ambities en is zich ervan bewust dat digitale transformatie en innovatie noodzakelijk zijn voor de concurrentiekracht van onze economie. Desondanks was er in de verkiezingsprogramma’s weinig over terug te vinden. Willen we snel innoveren dan zullen we ook die digitale ambities sneller moeten realiseren. Dat kan de overheid niet alleen. Samenwerkingsverbanden met andere (markt)partijen zijn daarom nodig. Introduceer je dan niet nóg meer stroperigheid in de besluitvorming? Nee, marktpartijen kennen een andere dynamiek en kunnen de overheidsambities, zoals neergelegd in de Digitale Agenda, versnellen met concrete projecten. 

Dit is wat we begin dit jaar zelf hebben gedaan met het programma ‘Digitale Versnelling Nederland’ waarvan de oorsprong ligt in het bezoek van onze minister president aan Silicon Valley. Deze versnelling wordt gerealiseerd in nauwe samenwerking met de overheid, het bedrijfsleven en het onderwijs. Hier gaan versnelling van digitalisering en van innovatie hand in hand. Juist door samenwerking kan er echt tempo worden gemaakt. Dat geldt ook voor grote bedrijven, die kennen hun klanten en weten meestal wel welke veranderingen nodig zijn om de klant beter. De IT-leverancier wordt uitgedaagd: wat kan technologie bijdragen om te komen tot snelheid en om permanent veranderingen te ondersteunen? Wie dat samen goed voor elkaar krijgt zal forse omzetgroei tegemoet kunnen zien en weet dan: echte innovatie!

Door: Marcel Cappetti, ?Director Operations Sales Enterprise bij Cisco