Voorzitter BTG neemt zitting in werkgroep rond wereldwijde roaming-beleid

Jan van Alphen, voorzitter van de Nederlandse Branchevereniging ICT en Telecommunicatie Grootgebruikers (BTG), neemt zitting in een internationale werkgroep die werkt aan strategische richtlijnen voor het wereldwijde roaming-beleid. De werkgroep streeft ernaar eind 2017 politiek gedragen richtlijnen te hebben ontwikkeld, waarmee men al een stap verder gaat dan de Europese Commissie. Die buigt zich momenteel over de afschaffing van roaming-tarieven binnen de Europese Unie. BTG-voorzitter Jan van Alphen neemt plaats in de werkgroep vanuit zijn rol als board member bij International Telecommunications Users Group (INTUG).

De Europese Commissie zei onlangs haar toezegging na te komen dat per 15 juni 2017 een einde moet komen aan hogere buitenlandse kosten voor bellen en internetten. In welke vorm dat precies is, is echter nog niet duidelijk. Eerder stelde de Europese Commissie een zogenaamde Fair Use Policy van 90 dagen voor. Daarmee moeten klanten tenminste 90 dagen per jaar en 30 dagen aaneengesloten kunnen roamen tegen hun binnenlandse tarief, ook wel Roam Like At Home (RLAH) genoemd. Dit zou voldoende moeten zijn voor 99% van de Europese reizigers, berekende de Europese Commissie op basis van gemiddeld verblijf in het buitenland – circa 12 dagen. Het plan kon echter rekenen op stevige kritiek van vooral consumentenorganisaties en werd door voorzitter Jean-Claude Juncker teruggetrokken. Een nieuw voorstel volgt deze week.

Houdt de Europese Commissie woord?
BTG-voorzitter Jan van Alphen: “De uitwerking van de Europese plannen voor roaming moet in een breder verband worden gezien dan een definiëring op basis van een gemiddeld consumentengebruik in dagen. De initiële doelstelling Roam Like At Home kan daarom echt veel beter worden vertaald. Hoewel Juncker heeft aangegeven dat de Europese Commissie woord zal houden, is het nog afwachten hoeveel daadkracht hiermee is gemoeid. Gezien het huidige politieke klimaat ten aanzien van de Europese Unie zou het niet nakomen van deze toezeggingen behoorlijk negatieve gevolgen hebben voor de beeldvorming.”

INTUG, dat invloed kan uitoefenen op internationaal beleidsniveau, is van mening dat een algehele eliminatie van roaming-tarieven de einddoelstelling moet zijn, omdat dit tarievenstelsel simpelweg niet toekomstbestendig is. Van Alphen: “De huidige businessmodellen zijn ernstig verouderd. Gezamenlijk met alle stakeholders, van overheid tot ICT/telecommunicatie-leveranciers, waaronder telecomproviders, tot aan consumenten, moeten nieuwe modellen worden ontwikkeld die beter op de veranderende vraag- en aanbodverhouding aansluiten. Dit is in het voordeel van ons allen.”

Afspraken op internationaal niveau
Afspraken op internationaal niveau ziet Van Alphen daarom als essentieel. “Uiteraard begrijpen ook wij dat de invulling van dit proces complex is, mede omdat er internationaal draagvlak voor nodig is. Meer transparantie in kosten en tarieven zijn goede eerste stappen om dit proces vorm te geven. Daarnaast moet worden gewerkt aan een internationale harmonisatie van kosten en markt- en concurrentiebalans. Dat zijn randvoorwaarden voor succes.”

De werkgroep werd gezamenlijk gestart op de International Mobile Roaming-conferentie in Genève, waar de visies van beleidsontwikkelaars, consumentenorganisaties en de private sector werden verenigd. Het doel is uiteindelijk om bouwstenen van wereldwijde mobiele roaming te definiëren. Het traject start met een assessment-rapport, dat eind dit jaar gereed moet zijn. In het derde kwartaal van 2017 verwacht de werkgroep een concreet, gedragen beleid te hebben ontwikkeld.