Bedrijfsbeleid mobiel werken hinkt achter de techniek aan
Citrix heeft in samenwerking met onderzoeksbureau METISfiles ruim 500 mobiele werkers van bedrijven met meer dan 50 medewerkers laten ondervragen. Mobiele werkers zijn medewerkers die hun werk doen vanaf meer dan één kantoorlocatie, onderweg en/of thuis. Dutch IT-channel nam samen met Peter van Leest, Country Manager Benelux van Citrix, een aantal van de meest in het oog springende resultaten door.
Om maar direct met het opvallendste resultaat van het onderzoek te beginnen: slechts 3 procent van de organisaties voert een duidelijk formeel vastgelegd mobiel beleid, en bij 36 procent is er sprake van ‘een soort van’ mobiel beleid. “Dat zijn toch wel opvallende cijfers”, reageert Citrix Country Manager Benelux Peter van Leest. “Voor mobiel werken bij organisaties heb je tenslotte twee dingen nodig: een technische infrastructuur om mobiel werken mogelijk te maken, plus op dat mobiel werken afgestemd beleid. Die technische infrastructuur wordt overal wel ingericht. Dat zien wij natuurlijk bij heel veel van onze klanten, met XenDesktop en XenApp, met XenMobile, met NetScaler, et cetera. Daarmee kunnen mensen vanaf elke locatie werken, waarbij de data hen continu volgt, dat is de kern van wat wij doen. Maar ik verbaas me erover dat er zo weinig beleid omheen wordt gebouwd. Want het beleid bepaalt uiteindelijk hoe je omgaat met die voorzieningen. En wat dat betreft tonen deze cijfers aan dat meer dan de helft van de bedrijven achter de feiten aanloopt. Dit is dus een belangrijk aandachtspunt, te meer omdat de onderzoeksresultaten tevens laten zien dat medewerkers – overall gezien – aangeven veel voordelen te ervaren aan mobiel werken.”
Frustraties
Een andere opvallende bevinding: flink wat frustraties rond mobiel werken worden nog steeds veroorzaakt door technische voorzieningen die niet optimaal functioneren. Zo geeft bijvoorbeeld 41 procent aan last te hebben van traag laden van benodigde data, heeft ruim een derde last van connectiviteitsproblemen en ervaart 26 procent de inlogprocedures als omslachtig. “Dat toont natuurlijk aan dat een flink aantal respondenten nog geen Citrix gebruiken”, constateert Van Leest met een glimlach. “Maar serieus, dit toont aan waarom het zo belangrijk is voor een bedrijf als Citrix om zich continu te richten op gebruikerservaring en veiligheid wat mobiel werken betreft.”
Dat roept direct de vraag op hoe Citrix zelf eigenlijk zijn zaakjes heeft ingericht rond het mobiele werken. “Zoals je het van een bedrijf als het onze mag verwachten”, reageert Van Leest. “We hebben al heel lang onze eigen oplossing in gebruik om overal vandaan te kúnnen werken. Met alles erop en eraan. Ik kan op elk device bij mijn bestanden, want die zitten in ShareFile en die volgen me. We hebben daar goede voorzieningen voor. Ook qua bereikbaarheid van de helpdesk bijvoorbeeld. Als je op kantoor zit, dan maakt het niet zoveel uit hoe het telefoonsysteem gerouteerd is en waar die helpdesk precies bereikbaar is. Maar als ik thuis zit, moet ik wel gewoon via een lokaal nummer contact kunnen leggen met die helpdesk indien ik technische problemen ondervind. Dan wil ik niet via een long distance call een of andere helpdesk in de VS moeten bellen. Over dat soort zaken moet je goed nadenken.”
Bereikbaarheid en contact
Hetzelfde geldt voor het omgaan met ‘het continu bereikbaar zijn’ dat door veel van de respondenten als problematisch wordt ervaren. Medewerkers zouden het prettig vinden als er maatregelen genomen worden om de mobiele werktijden te begrenzen, zo blijkt uit het onderzoek. Het merendeel vindt dat er beleid zou moeten zijn om de balans tussen werk en privé beter te waarborgen. 68 procent vindt het zelfs belangrijk dat hen de toegang tot bedrijfsapps en -data ’s avonds, ’s nachts en in het weekend wordt ontzegd. Van Leest herkent dit vanuit zijn eigen dagelijkse praktijk. “Nu je technisch de mogelijkheid hebt om altijd verbonden te zijn met je applicaties, altijd je e-mail te kunnen afhandelen, moet je zelf gaan bepalen wanneer je wel en niet werkt. Je moet zelf de streep trekken tussen werk en privé en zelf de balans daarin vinden. Velen vinden dat lastig, zo blijkt uit ons onderzoek. Mensen zoeken wat dat aangaat naar houvast en willen door de organisatie als het ware tegen zichzelf in bescherming worden genomen. Ook dit valt weer onder het hoofdstuk ‘goed verzorgd mobiel beleid’.”
Net als een ander regelmatig ervaren nadeel: minder frequent contact met collega’s. “Vanuit de organisatie zal er qua beleid dus iets meer gedaan moeten worden om ervoor te zorgen dat medewerkers die in toenemende mate elders hun werk doen, toch ook op vaste momenten nog bij elkaar blijven komen. Dat vraagt wat meer afstemming en geregel dan vroeger, maar is wel erg belangrijk.”
Connectiviteit
En dan wil Van Leest tot slot nog iets kwijt over de gebrekkige connectiviteit die door meer dan een derde van de respondenten regelmatig wordt ervaren. “Wij leveren een infrastructuurproduct, maar we maken daarbij gebruik van de internetsnelweg. En mensen moeten natuurlijk wel goede connectiviteit hebben. Die moet aan bepaalde stabiliteits- en kwaliteitseisen voldoen. Als die te wensen overlaten, dan kunnen wij dat als leverancier natuurlijk niet goed oplossen.”
Toch probeert Citrix waar mogelijk ook hieraan zijn bijdrage te leveren, geeft Van Leest aan. “Over het algemeen hebben we in Nederland een relatief goede internetconnectiviteit. Toch is die nog lang niet overal evident. En hier en daar kun je dingen in je product verbeteren om daar iets aan te doen. Zo hebben we kort geleden weer een nieuwe servicepack gelanceerd waarmee we nu ook de Framehawk-technologie, verkregen via een acquisitie begin 2015, hebben geïntegreerd in XenDesktop, XenApp, en Citrix Receiver. Dat is functionaliteit om 3G, of andere netwerken met hele hoge latency of packet loss en dat soort technische problemen, op te krikken. Die zorgt voor een grote verbetering bij netwerken van mindere kwaliteit. Dus daar waar mogelijk proberen we als Citrix ook nog iets aan die connectiviteit te doen. Want we blijven natuurlijk constant innoveren.”
Door: Dick Schievels
