Redactie - 14 september 2014

'Vragen die een CIO niet zou moeten stellen'

“Data is het nieuwe goud, de nieuwe olie. We leven in het data-tijdperk”, Stelt Ronald van Heek, CCO van Tectrade. “De wereld is veranderd, maar de meeste data-infrastructuren nog niet. Hierin dienen forse stappen gemaakt te worden. Ook door de CIO. En er zijn een paar vragen die hij zich niet als eerste moet stellen als het om een datastrategie gaat.”

Het is een open deur, maar we kunnen wel vaststellen dat de waarde en het volume van data blijven groeien; exponentieel. Dat heeft gevolgen voor de performance, de beschikbaarheid, voor het complete IT-landschap bij een organisatie. Maar vooral ook voor de bedrijfsvoering. Zo blijkt uit onderzoek dat medewerkers binnen een bedrijf meer dan een kwart van hun tijd bezig zijn de juiste gegevens te zoeken. Dat is verloren tijd. Bovendien blijkt dat meer dan de helft van de managers niet overal en tijdig kan beschikken over de juiste, bedrijfskritische gegevens. Serieuze uitdagingen! Deze data-aanwas roept een reeks vragen op. Van Heek heeft er vier uitgepikt die de CIO zich juist niet meteen zou moeten stellen.

Niet makkelijk

De eerste is juist een vraag die zich meteen aan een IT-manager of CIO opdringt als de systemen knarsend tot stilstand dreigen te komen: ‘Wat is de snelste en makkelijkste manier om dit op te lossen?’

Wie het namelijk snel en makkelijk denkt op te lossen, koopt er gewoon een doos bij. Dan ben je binnen een paar weken van de performance of capaciteitsproblemen af. “Maar daarmee los je het werkelijke probleem niet op. Je kunt dit hooguit als tijdelijke oplossing toepassen om de handen vrij te hebben voor een echte oplossing”, zegt Van Heek.

“Cruciaal is een datastrategie te ontwikkelen. Wat wil je doen met alle gegevens binnen een organisatie? Hoe zorg je ervoor dat die nullen en enen werkbare informatie opleveren? Wat wil je doen met die informatie? Hoe kunnen we meer waarde uit data halen?”

Daar zou de CIO zich volgens hem in belangrijke mate mee bezig dienen te houden. Want als je dat weet, dan wijst de technische invulling van het storageplatform zich later wel. Misschien is het dan niet eens nodig extra capaciteit in te kopen.

“Maar ja; het maken van een datastrategie vergt tijd. Je dient software te implementeren om de datastromen en volumes te analyseren. Er dient met de business gesproken te worden, met de marketingafdeling. Je bent gauw enkele maanden tot een half jaar verder. Maar dan word je niet meer verrast door terugkerende performance en capaciteitsproblemen.”

Cloud gebruiken

De volgende non-vraag is: ‘Blijf ik on-premise of ga ik met de data(toepassingen) naar de cloud?’ “Je dient eerst vast te stellen wat de problemen en uitdagingen zijn. Hoe die bij welke data passen. Ook hier is een strategie nodig, gebaseerd op de waarde die bepaalde data hebben. Pas als je dat weet, kun je beslissen welk deel je intern houdt en welk deel je extern plaatst”, vervolgt Van Heek.

“Uit de ervaringen met klanten blijkt dat in de praktijk veelal een hybride oplossing geëigend is. De vraag zou dan ook moeten zijn: hoe ga ik de cloud inzetten?”

Het lijkt alsof big data, social en cloud de laatste jaren ontstaan zijn. Daarom stellen veel CIO’s zich de vraag welke nieuwe technologie zij zouden moeten inzetten om een antwoord te vormen op die ontwikkelingen.

“Als CIO moet je het niet puur technisch bekijken. Het is een bedrijfsvraagstuk; geen technisch vraagstuk. Bovendien is de techniek helemaal niet zo veranderd; het zijn evolutionaire ontwikkelingen. Maar, let wel: het is een nieuwe wereld. Maar veel van de data is nog steeds gevangen in oude IT-infrastructure. Architecturen die die de snelheid van datagroei niet aankunnen en organisaties belemmeren de data te gebruiken om nieuwe producten, diensten en manier van werken te ontwikkelen. Dit betekent dat er voor slim denkende CIO’s ongekende kansen liggen”, stelt Van Heek.

Het is niet zo raar dat sommige CIO’s nog veel naar de techniek kijken. “Huidige IT-infrastructuren voldoen niet meer en dus wordt er naar nieuwe technologie gekeken. Maar technologie op zich kan hier geen doelstelling zijn. Zij is een gevolg. Je zou eerst naar de businesscase moeten kijken: wat kunnen data opleveren. IT wordt vaak gezien als kostenpost, maar met informatie kan echt waarde toegevoegd worden aan de organisatie. Je moet helder krijgen wat je op bedrijfsmatig terrein nodig hebt; als je dat hebt kunnen vaststellen, dan pas ga je kijken hoe je dat technisch kunt invullen.”

Er overigens aan toevoegend, dat in toenemende mate CIO’s op gezonde wijze samenwerken met de business en de marketing afdeling. “Pas als iedereen samenwerkt, komt je tot de juiste oplossingen. Het is geen IT-domein meer. Data gaat iedereen aan binnen de organisatie.”

Vertrouwen

Daar komt bij dat de netwerken en computerapparatuur in de afgelopen decennia zo goed zijn geworden dat je er wel op kunt vertrouwen dat er altijd wel een betrouwbare, technische oplossing voor handen is.

Hij geeft nog een reden waarom de CIO zich op afstand met technologie moet bemoeien. “Je ziet inderdaad dat de Chief Marketing Officer, maar ook het hoofd verkoop, en andere C-level medewerkers zich meer met IT bezighouden. Vooral met cloud gebaseerde applicaties en andere nieuwigheden. Als de CIO niet oppast, dan komt er een situatie dat hij ‘hoofd legacy’ is geworden, terwijl de anderen zich bezighouden met innovatie.”

Als laatste taboevraag komt Van Heek met ‘Wat kost dat allemaal?’

Hij is de eerste om te beamen dat geld een belangrijke rol speelt in het huidig economisch tijdsgewricht waar elk dubbeltje er één is. “Maar het gaat in de new Age of Data niet zozeer om de kosten, als wel om de opbrengsten.” Zonder de juiste samenwerking tussen IT en business zal dat niet makkelijk worden. “De IT-afdeling weet lang niet altijd wat de waarde van bepaalde data is. Als niemand het vertelt, is dat ook niet zo raar. Dat moet je echter wel scherp krijgen.”

Van Heek komt met voorbeelden uit de retail. “Daar weten ze al jaren dat groei mogelijk is met informatie. Wie zijn mijn klanten, wat zoeken ze, waar hechten ze waarde aan? Hoe kan ik zorgen dat ik ze sneller, beter en meer to the point kan benaderen om zo meer business te genereren? Het zijn datagedreven organisaties.”

Van Heek gaat zelfs een stap verder “Bedrijven in deze sector die een goede datastrategie hebben, presteren beter dan hun collega’s zonder de juiste strategie.”

Digitaal leiderschap

“Digitaal leiderschap betekent dat je snel en efficiënt kunt inspelen op de bedrijfsbehoeften, en die veranderen nogal tegenwoordig. CIOs die vooruit denken, zijn de winnaars in de new Age of Data. Zij hebben de kans business innovatie te drijven zoals geen enkele andere C-level executive. Zij of hij kan diensten leveren waarvan de concurrentie droomt, en een Big Data rockstar zijn in het conferentie gebeuren (als dat is wat je wilt.)”

Teus Molenaar

Copaco | BW 25 maart tm 31 maart 2024 Trend Micro BW BN week 10-11-13-14-2024
Copaco | BW 25 maart tm 31 maart 2024