Redactie - 13 augustus 2013

Het Nieuwe Werken


Ik las laatst een leuk verhaal in het VNG-magazine over de gemeente Overschie, die als experiment een maand het gemeentehuis hadden gesloten, om te ervaren dat de persoonlijke werkplek overal kan zijn. Op het terras bij de tennisclub, thuis in de studeerkamer, tijdens een gesprek met een leverancier etc. Onder de titel “Overschie is het ‘nieuwe werken’ al voorbij” vertelden de betrokken hun ervaringen over het werken zonder kantoor. 

Ook de grote groep zzp-ers weet als geen ander dat het werken zonder eigen kantoor prima mogelijk is. Wie op sommige dagen een centraal gelegen restaurant binnenloopt, goed voorzien van flexibele werkplekken, Wi-Fi en andere kantoorachtige ondersteuning, ziet een heel leger van zzp-er daar hun tijdelijke werkplek ingericht hebben om hun klanten, leveranciers of projectmedewerkers te ontvangen

Thuiswerken
Het is alweer ruim 15 jaar geleden dat het fenomeen thuiswerken in de belangstelling kwam. Eind jaren negentig hadden velen al privé-email in huis. Gevoed door de mogelijkheden om via internet ‘overal’ te kunnen werken, kwam in eerste instantie het werken vanuit huis in de mode. Met een simpele internetverbinding was het immers al heel goed mogelijk email en andere documenten uit te wisselen tussen bedrijf en thuis. De jaren daarop volgde het zakelijk gebruik van de laptop wat het thuiswerken nog makkelijker maakte.

Begin deze eeuw was thuiswerken voor veel (internationale) organisaties al heel gewoon geworden. Met de komst van de iPhone in 2007 en de iPad in 2010 heeft het Nieuwe Werken de wereld veroverd. Om te werken hoef je als kenniswerker niet meer naar kantoor, want werken kun je overal. Het kantoor is meer de plek geworden om elkaar te ontmoeten, je partners en klanten te ontvangen of gewoon met je collega’s bij te praten.

Organisatie en verantwoording
Maar deze nieuwe wijze van werken vraagt wel om organisatie en aangepaste verantwoording. Dit heeft er toe geleid dat in steeds meer organisaties men duidelijker afspraken is gaan maken over ieders bijdragen gedurende werktijd. Dit blijkt een onverwacht positief bijeffect te hebben. In veel organisaties was het aanwezig zijn op de werkplek vaak voldoende om zichtbaar te maken dat je je werk deed. Wat je inhoudelijk bijdroeg aan de organisatie was veel minder zichtbaar of meetbaar. Van 9 tot 5 uur aanwezig zijn, was voor velen voldoende om aan de eis van goed werknemerschap te voldoen.

Laatst hoorde ik het verhaal dat doordat geleverde prestaties nu (veel beter) worden gemeten door het ontstaan van de flexibele werkplek , het duidelijk wordt dat sommige medewerkers – die normaal trouw van 9 tot 5 achter hun bureau zitten – inhoudelijk veel slechter scoren dan men in eerste instantie dacht. En dat thuiswerkers gemiddeld hoger scoren in productiviteit.

Het Nieuwe Werken blijkt dus een positieve bijdrage te leveren aan het beter kúnnen waarderen van ieders bijdrage in de organisatie. Wie had dat gedacht, toen zo’n vijf jaar geleden deze nieuwe wijze van werken breed werd ingevoerd en veel (conservatieve) managers hier beslist op tegen waren. Men wilde de mensen op het werk zien, want anders waren ze niet te vertrouwen. Het tegendeel blijkt dus waar te zijn.

The Times They Are a-Changin’
Naast deze onverwachte extra onderbouwing van het flexibel werken, is in de maatschappij een verandering gaande waarbij we steeds lager in de organisatie meer verantwoordelijkheid leggen. Grote hiërarchische structuren hebben hun slagkracht verloren in deze innovatieve tijden. Er ontstaat een veel plattere organisatie met steeds meer zelfstandige werknemers. Hieronder valt ook de ontwikkeling van zzp-ers die vaak als tijdelijke collega’s in organisaties een eenmalige specifieke bijdrage leveren.

In mijn eigen kantoor bij EMC komt het ook voor dat ik wel aanwezig ben, maar niet meer achter een bureau zit. In de loungeruimte, een vergaderzaal of tijdens een rondgang langs enkele collega’s doe je waarvoor je die dag op kantoor wilde of moest zijn. Een eigen werkplek is steeds minder nodig. De huidige communicatie-middelen zijn effectief genoeg geworden om inderdaad het nieuwe werken voorbij te zijn.

Een nieuwe werkorganisatie voor de 21ste eeuw
Zestig jaar geleden werden de banen in de agrarische wereld gemechaniseerd en werd de boer een kleine zelfstandige die bijna in zijn eentje zijn eigen bedrijf runde. Dertig jaar geleden werden de banen in de fabriek geautomatiseerd en werden de werknemers de ‘managers’ van de robots, automatische systemen en processen. Op dit moment worden de banen in de administratieve dienstverlening geïnformatiseerd naar flexibele werkorganisaties waar werknemers als kleine zelfstandigen hun bijdrage leveren aan het proces.

Blijft over de dienstverlening, zoals de zorg, de horeca en het onderwijs, waar we nog steeds veel handjes nodig hebben. Hoewel de informatica daar de activiteiten steeds beter ondersteunt, blijft dit een omgeving van persoonlijke aandacht en vele mens tot mens activiteiten. Met een ‘education permanente’ en een ouder wordende generatie, die meer zorg nodig zal hebben, zullen daar voorlopig nog heel veel handjes nodig zijn. Net als in de horeca, als gastheer voor die permanente educatie of als de nieuwe werkplek voor mensen die het nieuwe werken intussen voorbij zijn. Techniek vernietigt al 200 jaar banen, maar zorgt gelijktijdig voor heel veel nieuwe. Zolang we daarin actief mee blijven veranderen, is er eigenlijk weinig aan de hand. Toch?

Hans Timmerman, CTO bij EMC Nederland