Redactie - 24 mei 2011

De Digitale Agenda.nl: hoe we samen slimmer kunnen worden


Afgelopen week heeft Minister Verhagen van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie de Digitale Agenda.nl gepresenteerd. Deze agenda borduurt voort op de Digitale Agenda die Eurocommissaris Neelie Kroes eerder lanceerde. Wat duidelijk spreekt uit het document: onze overheid heeft zeker ambitie. Echter in de praktijk zijn er nog wel wat haken en ogen die het realiseren hiervan kunnen belemmeren.

De agenda past in het beleid dat Europa voor ogen staat, met specifieke aanpassingen voor de Nederlandse situatie. De agenda geeft op overzichtelijke wijze weer wat de regering de komende tien tot twintig jaar wil bereiken met ICT.  Opgesplitst enerzijds naar de faciliterende en wetgevende rol die een overheid heeft, anderszins naar de eigen processen en werkwijzen van de overheden en hoe deze moeten samenwerken met de particuliere sector.

Het belang van Nederland als ‘Gateway voor Europe’ wordt gelukkig herkend en erkend.  Met de Amsterdam Internet Exchange bezitten we het grootste internetknooppunt van Europa (zie ook mijn vorige blog).  Dit digitale logistieke knooppunt geeft ons ongekende kans op het gebied van handel en transport van informatie, allerlei diensten en infrastructuren te ontwikkelen.  Een overheid die dat erkent en op slimme wijze faciliteert en stimuleert, geeft daardoor Nederland in de 21ste eeuw de mogelijkheid hier economisch en maatschappelijk ‘rijker’ door te worden.  En daardoor onze welvaart te kunnen voortzetten en garanderen.

Dat betekent ook aandacht in het onderwijs voor deze nieuwe economie.  Want als we inderdaad deze branche willen uitbouwen, dienen we ook de kennis en kunde te hebben zowel deze infrastructuur te kunnen bouwen als deze diensten te kunnen verhandelen.

Een infrastructuur die zal bestaan uit vele datacentra, gelegen in een fijnmazig netwerk met meervoudige verbindingen, zoals fabrieken aan wegen, spoorlijnen en kanalen liggen.  Net zoals aan het begin van de industriële revolutie de aanleg van wegen en kanalen de succesfactor was voor industriële ontwikkeling.  En daarbij uiteraard de kennis te bezitten om die fabrieken te (kunnen) ontwerpen en bouwen.  Vertaald naar vandaag de dag: het hebben van de kennis om die datacenters te kunnen ontwerpen en bouwen.

Helaas zult u het vak ‘informatie-infrastructuren’ op onze universiteiten en hogescholen met een kaarsje moeten zoeken, op een – mij bekende – positieve uitzondering na van Hogeschool Zuyd.  De basiskennis van servers, netwerken en storage en de kunst om daarmee informatie infrastructuren en datacenters te ontwerpen, bouwen en beheren, wordt helaas niet als een uitdagend vakgebied gezien.  Toch is op veel plaatsen, ook bij mijn collega’s en partners, behoefte aan deze kennis en vaardigheden.  Onze constante zoektocht naar talent in de IT-markt maakt constant duidelijk dat informatie-infrastructuur niet als een sexy vakgebied wordt ervaren, zowel door studenten als docenten.

Cloud computing zal de komende decennia zijn stempel gaan drukken op de informatie- infrastructuur.  Afgestudeerden als cloud-architecten, cloud infra-ontwerpers en cloud- beheerders zullen naast software en service ontwikkelaars geliefd zijn bij vele bedrijven.  Een niet al te spectaculaire, maar wel stabiele en toekomstbestendige werkomgeving.  Zeker nu in de Digitale Agenda.nl cloud computing en bijbehorende IT-infrastructuur terecht als een speerpunt is opgenomen.

De noodzaak van een open en vrij internet wordt in de agenda terecht belangrijk genoemd voor zowel overheid, burgers en het bedrijfsleven.  Het vreemde is dat, in tegenstelling tot andere publieke infrastructuren zoals wegen, spoorwegen, kanalen en zelfs het luchtruim, deze infrastructuur eind vorige eeuw in Nederland is geliberaliseerd.  De netwerken voor gas, water, riolering en elektriciteit zijn – als essentieel voor het maatschappelijk belang en de volksgezondheid – in publieke handen.  Echter het belangrijkste netwerk in deze eeuw van informatie heeft de overheid twintig jaar geleden uit handen gegeven.  En nu moet moeizaam via de OPTA de openheid en toegang van deze netwerken worden zeker gesteld.  Terwijl er met een infrastructuur alleen nauwelijks geld valt te verdienen.  Kijk naar de hectiek rond KPN, sms-en en het vrije gebruik van Ping en What’s App; aan het ‘kale’ netwerk verdient KPN niets, het is de content en de applicaties die waarde hebben.

Informatie-infrastructuur nationaliseren

In een vorige blog heb ik al eens uitgelegd waarom de informatie-infrastructuur op lokaal niveau eigenlijk genationaliseerd zou moeten worden om de vrijheid, waarop in deze Digitale Agenda.nl zo hoog wordt ingezet, werkelijk te kunnen garanderen.  Een rol van een overheid als onafhankelijke, niet particuliere, niet-commerciële infrastructuurbeheerder.  En niet via een geforceerde taskforce als Next Generation Networks op afstand proberen de particuliere commercie de juiste kant op te sturen, of als het niet anders kan, te dwingen.  Zonde van de energie.  Terwijl de Europese Commissie al op het goede spoor zit en fondsen voor publieke investeringen in breedbandnetwerken beschikbaar stelt in afgelegen gebieden en met de Europese investeringsbank aangepaste financiële instrumenten voor breedband ontwikkelt.

Ik ben toch heel blij met deze agenda. Een goed samenhangend beleid om Nederland BV op het gebied van informatietechniek en informatieproductie- en handel in de vaart der volkeren voort te stuwen.  Een daarmee een basis te leggen voor onze toekomstige welvaart en ons welzijn.  En wie weet, doen providers over enige tijd met plezier hun ‘kale’ netwerken van de hand, als de strikte regelgeving voor open en vrij verkeer met garanties als briefgeheim en vrijheid van transport, deze infrastructuur hen meer lasten dan lusten oplevert.  Net zoals vroeger lokale tolwegen werden samengevoegd tot één nationale infrastructuur, met belastingen betaald en beheerd door één landelijke, niet-commerciële overheidsorganisatie Rijkswaterstaat.  Betaald op basis van gebruik en niet op basis van welke content er over wordt vervoerd.

Hans Timmerman (CTO EMC Nederland)