Wouter Hoeffnagel - 01 mei 2015

Facebook-topman uit kritiek op vele nationale privacy-onderzoeken

Richard Allen, Vice President Public Policy EMEA bij Facebook, uit veel kritiek op de Nationale toezichthouders in EU-lidstaten die op eigen houtje onderzoek uitvoeren naar Facebook. De nationale onderzoeken overlappen elkaar vaak, regelgeving spreekt elkaar tegen en is het voor bedrijven die EU-breed opereren te ingewikkeld om te voldoen aan deze gefragmenteerde wetgeving.

De Europese topman van Facebook uit zijn zorgen tegenover de Financial Times. Facebook wordt door allerlei EU-lidstaten gelijktijdig onderzocht. Zo onderzoeken zowel het Nederlandse College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) als de Belgische privacywaakhond mogelijke overtredingen van de privacywetgeving door Facebook. Ook in Duitsland, Italië en Spanje lopen onderzoeken naar Facebook.

Ierse audit
Alan wijst op het feit dat Facebook in 2010, toen het bedrijf zijn Europese hoofdkantoor in Ierland opende, uitgebreid is onderzocht door de Ierse telecomtoezichthouder. Deze heeft de werkwijze van Facebook toentertijd naast de EU-databeschermingsregels gelegd. Alan is dan ook verbaasd dat zijn bedrijf ditmaal wordt gecontroleerd op overtredingen van nationale privacywetten.

De Vice President Public Policy EMEA van Facebook waarschuwt dat de gefragmenteerde werkwijze van EU-lidstaten het voor bedrijven die EU-breed opereren moeilijk maakt aan databeschermingswetten te voldoen, aangezien de nationale wetten in iedere lidstaat anders zijn. Alan vreest dat dit in het geval van Facebook ertoe kan leiden dat bepaalde functionaliteiten later of zelfs niet worden geïntroduceerd in de EU.